Joodse begraafplaats aan de Dwarsfeart
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
Geschiedenis
In 1804 werd nabij Kortezwaag als begraafplaats een stuk heide gekocht in het Blinewyksbosk (dat in 1832 behoorde
aan grietman Saco van Tijens), ten zuiden van de Dwarsfaert., later ook Joadebos genoemd.
Van Gorredijk bestaat een begraafboek aanvangend in 1819, tot aan 1939.
Het kadaster van 1832 vermeldt: perceel Laz D682 ;1480 m²
De oudste steen dateert van 1807.
Aantal bewaard gebleven grafstenen: 112 , tot 1939.
Aantal overleden Joden: ca 209 (inclusief overig Opsterland (6) en Smallingerland (4; tussen 1855-1927).
Ook voor overledenen uit Drachten werd deze begraafplaats gebruikt.
De gemeente Opsterland verzorgt het onderhoud.
Tevens vermeldt het kadaster in 1832 een perceel in Gorredijk zelf:
Gorredijk C181, kerk en begraafplaats ;240 m². Of hier werkelijk begraven is, is onwaarschijnlijk. Dit was dan nabij de synagoge.
Het aantal Joden geboren in Opsterland , omgekomen in concentratiekampen in de Tweede Wereldoorlog, bedraagt 88 personen.
'stof ben je en tot stof keer je terug'
Div Stenen
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
Begraafplaatsen worden met verschillende namen aangeduid. De meest opvallende zijn:
huis der graven (Beth-Hakkewaroth) en huis der levenden (Beth-Hagajjim).
Vroeger voer men van Gorredijk naar Kortezwaag het lijk in de kist (Aron, letterlijk: ark) tot
vlak bij de begraafplaats. Op de oever werd de Ark hoog verheven en op de schouders de
waning der levenden binnen gedragen.
De ingang van de begraafplaats is aan de oostkant, de kant van Jeruzalem. Daar is het
dienstgebouw. Even wordt daar de Aron neergezet voor de laatste gebeden, de laatste
plechtigheden.
Joodse graven zijn voor de eeuwigheid. Ze warden daaram nooit geruimd. Vandaar dat op
deze begraafplaats graven liggen die ouder zijn dan de graven op niet-joodse Nederlandse
begraafplaatsen.
De Bijbel geeft een voortgaande Openbaring over het leven over de dood heen. Het
hoogtepunt is in de profetie van Ezechiël 37: de dorre doodsbeenderen zullen weer met
leven overdekt worden. Oak in Kortezwaag, in het huis der levenden wachten de beenderen
op het uitkomen van deze belofte en profetie.
Op de graven worden de joodse data genoemd. Ooit is uit de Thora uitgerekend wanneer de
Schepping van Aarde en Hemel was. Daar begint de joodse jaartelling. Om de joodse jaren
om te rekenen in Christelijke jaren moet u 3760 van het jaar op de grafsteen aftrekken. Het
joodse Nieuwjaar (Rash Hasjanna) is ruwweg in september.
Op joodse graven staan vrijwel nooit afbeeldingen.
Er zijn op deze regel een paar uitzonderingen. Rond de boom op de begraafplaats liggen
een paar graven waar handen op afgebeeld zijn. Zo houdt de priester zijn handen als hij de
priesterlijke zegen van Numeri 6 uitspreekt. In een graf met de afbeelding van de handen ligt
daarom altijd een Cohen (vertaald in het Nederlands: priester). Een Cohen is altijd een
zuivere, rechtstreekse afstammeling van Aaron!
Op een paar andere grafstenen staat de afbeelding van een schaal met een kan. Uit de kan
schonk een leviet water zodat de Cohen zijn handen kon wassen voor het uitspreken van de
zegen. In de schaal werd het water tijdens het wassen weer opgevangen. In een graf met
deze afbeelding ligt altijd een Levi, een leviet. Een zuivere afstammeling van Jacobs zoon
Levi.
Er is links van de boom een graf met de afbeelding van een mes. In dat graf ligt een mohel.
De mohel is de functionaris die de pasgeboren jongetjes besnijdt.
Op een tweetal graven staat een boom. Denk bij dat graf aan de boom zoals die in Psalm I
genoemd wordt: de vrome is als een boom geplant aan waterstromen. Ook kan het een
levensboom zijn.
Het is een oude joodse gewoonte om op de sterfdag een kaars te branden ter herinnering
aan de overledene: het Jaartijdlicht. Omdat degenen die gedood werden in de Shoah soms
geen nabestaanden hebben om een kaars te ontsteken, branden er in de synagoge elektrische lampjes met de afbeelding van een kaarsvlam erop ter herinnering aan de doden
uit de oorlog.
Elke nieuwe maand begint met Nieuwe Maan. Joden hebben maanmaanden, rond de 28 dagen, korter
dus dan onze maanden. Soms wordt er een dertiende maand ingevoerd om zaai en oogstperioden (en Pesach en
het Wekenfeest (Pinksteren), het loofhuttenfeest en Grote Verzoendag weer in dezelfde periode te krijgen).
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
Joodse begraafplaats
De grafstenen getuigen ook van een grote soberheid. De Joodse namen welke
hier in het verleden tegenkwam staan dan ook als stille getuige op de stenen vermeld. Het zijn
vooral de namen Leer, Leefsma, Godschalk, Cohen, Colthof, Turksma en Beers die men hier
veelvuldig tegenkomt.
Niet alleen Joodse inwoners van Gorredijk vonden hier hun laatste rustplaats , ook de
voormalige inwoners welke graag hier te Gorredijk begraven wilden worden, vinden we hier
terug. De familie Turksma heeft nooit te Gorredijk gewoond, maar had banden met Gorredijk
en men vind deze naam hier dan ook terug.
In de jaren vijftig is deze begraafplaats opgekanpt. De paden die tussen de graven ligen en aan
de rand om de begraaflaats heen zijn weer opgevuld met wit zand. Aanvankelijk wilde men
dit ophogen met bagger uit de gracht maar dit zou de grond verrijken waardoor flora verloren
zou gaan. Er is toen gekozen voor arme grond, namelijk wit zand. De stenen zijn weer
opgeknapt, werden leesbaar gemaakt, kapotte stenen weer teruggezet, maar alles zonder grote
ingrepen en met respect voor bet Joodse volk want immers de begraafplaats is een plek waar
men de grond, de doden in ere moet houden zonder menselijke ingrepen.
Er staan hier ruim honderd zerken en de oudste zerken zijn te herkennen aan hun hebreeuwse
tekst. Hier staan geen Nederlandse teksten op.
Heel bijzonder is dat op een van de zerken de tragische geschiedenis vermeld staat van Jozina
Sander Leefsma, echtgenoot van J van der Kaars, 25 jaar, 3 maanden oud en gestorven is op
den 5e juni 1874, in het kraambed.
Plattegrond en stenen
Plattegrond begraafplaats