Voorgeschiedenis van de schippersfamilie Van der Werf.

De 'Tjerk Hiddes' van Bouke v.d. Werf op zijn vaste ligplaats aan de Kerkewal te Gorredijk
De laatste beurtschipper van Gorredijk: Steffen van der Werf stamt uit een geslacht van schippers en scheepbouwers. In 1798 trouwde Jacob Cornelis in de Knijpe met Boukje Steffens uit Mildam. Toen Jacob in 1812 in Luxwoude de achternaam "van der Werf" aannam, waren er inmiddels 10 kinderen geboren, waarvan Steffen Jacobs in 1799 als eerste in de Knijpe het levenslicht zag. Hij trouwde met Jeltje Jans van der Pol uit Ureterp en zij woonden al in 1829 in Gorredijk. In 1843 kocht hij het beurtschip van Gorredijk op Klein-Groningen, welk traject hij tot 1853 bevoer.
In 1862 werd hij door het Gemeentebestuur aangesteld tot bakenmeester. De wijde Wispel, die in de vaarroute naar Oldeboorn lag, was op verschillende plaatsen behoorlijk breed maar ook ondiep, vooral in de herfst en winter. Langs de vaargeul werden dan bakens gezet, vaak door oud schippers die daar goed bekend waren. Steffen Jacobs van der Werf vervulde deze functie tot zijn dood in 1873. Steffen en Jeltje hadden drie zonen, Jan, Bouke en Jacob. Jan en Bouke van der Werf, die tot na de tweede wereldoorlog de beurtdienst Oosterwolde-Sneek onderhielden, waren zonen van een van die drie, evenals de in 1864 in Oosterwolde geboren Steffen, die in 1905 samen met Freerk Zwart de rederij van Van Dam kocht.Met zijn drie zonen Bouke, Thomas en Hendrik onderhield Steffen van der Werf een geregelde beurtdienst op Gorredijk met de 18 Ton metende Tjerk Hiddes. In maart 1918 zou de boot op het Sneekermeer tijdens stormweer vergaan. Het werd een angstig avontuur, dat de bemanning en 1 passagier gelukkig na konden vertellen. De boot geraakte geheel onder water, alleen het achterdek stak er nog boven uit. Van der Werf was niet tegen deze schade verzekerd en daar de boot na te zijn gelicht naar de schroothoop ging, betekende dit een flinke strop.
In 1909 had de kruidenier Albert Heijn een nieuw vrachtschip op een werf in Leiderdorp laten bouwen om hiermee goederen naar zijn afnemers te vervoeren. Door de opkomst van het wegverkeer werd het schip in 1915 verkocht aan de schipper Slump in Sneek, die er de beurt op Zwolle mee ging varen.
Drukte rond de sluis
Daar Steffen van der Werf niet van plan was met de beurtvaart te stoppen, zocht hij een ander vaartuig. Hij vond Slump bereid zijn Albert Heijn boot te verkopen. Het aan onderhoud toe zijnde schip kreeg een flinke opknapbeurt, waarbij de motor werd vervangen door een gloeikopdiesel met het vermogen van 20 P.K.
In mei 1919 gingen Bouke en Thomas van der Werf een vennootschap aan de voeten onder de naam "Firma Gebroeders van der Werf" van Sneek op Gorredijk. Evenals het vergane schip noemde zij deze de "Tjerk Hiddes". In 1924 eindigde de samenwerking en kocht Bouke zijn broer uit.
In datzelfde jaar 1924 werd Bouke van der Werf getroffen door kinderverlamming, waardoor hij nauwelijks meer lopen kon. Het is bewonderenswaardig dan hij ondanks zijn handicap de beurtvaart niet op wilde geven. Tot zijn 65e jaar was hij te vinden in de stuurhut, het andere werk overlatende aan zijn knecht Bouwe Veldman. In 1932 verhuisde het gezin van der Werf naar Gorredijk aan de Kerkewal.
De oorlogsjaren waren slecht voor de beurtvaart. Alles was op de bon en slechts beperkt verkrijgbaar, hetgeen het aanbod van vracht drukte. Ook de motorolie was beperkt verkrijgbaar. In 1942 nam Bouwe Veldman ontslag en de 18-jarige zoon van Bouke van der Werf, Steffen, kwam aan boord. Hij vervoerde vanalles: drank van Wenneker uit Schiedam voor de firma Brons, kinderwagens van Koelstra, ijzer voor melkbussen smederij J. de Jong, staven ijs voor viskooplui en kasteleins en balen Sandos- en Afrikakoffie voor branderij Otter.

Na de Oorlog

De Tjerk Hiddes met St.Nicolaas 2011
Na de oorlog warden de grootste klanten de tuinders rond Gorredijk. Veel groenten voor de veiling in Sneek. De vrachtwagen maakte daar wreed een eind aan. Grossier ?Rooie Jan? was de eerste die in de jaren vijftig verse groente uit het Westland begon aan te voeren. De Friese tuinbouwers legde het loodje en ook Van der Werf moest eraan geloven. In 1963, toen er een vaste brug ( Oldeboorn-Nij Beets) in Oldeboorn kwam was beurtschipper Steffen van der Werf genoodzaakt te stoppen.
Vanaf 1963 werd de beurtdienst per vrachtauto voortgezet. Vele jaren was de Styer een bekende verschijning tussen Gorredijk en Sneek. Naast de vaste plaatsten deed Steffen van der Werf het Lege Gean ook nog aan. In 1983 hield van der Werf het voor gezien. Van de Tjerk Hiddes heeft hij geen afstand gedaan. Vanuit zijn huiskamer aan de Kerkewal heeft Van der Werf de hele dag oog op zijn trotse bezit.
Naast het varen als beurtschip wordt en werd de Tjerk Hiddes ook voor andere doeleinden gebruikt. Te denken valt aan het jaarlijkse binnenhalen van Sinterklaas. Buurtverenigingen, de visclub, vlaggenschip van de watersportvereniging en evenementen zijn enkele voorbeelden. Ook het slepen in de 60/70 er jaren van de gondels in Oldeboorn bij de jaarlijkse gondelvaart was een terugkerend gebeuren.
Zoals te lezen valt in het boek van Albert Buursma en Wim Mollema (ISBN 9052940762) "Met beurtschippers en boderijders door Friesland" moge duidelijk zijn dat de beurtvaart een goed geoliede organisatie was. Vele zelfstandige beurtdiensten zorgden er voor dat vanuit elk dorp de goederen konden worden vervoerd van en naar de grote stad. In de grote stad, Sneek en Leeuwarden, konden de goederen weer verder getransporteerd worden naar de overige delen van het land. Als er voor 10 uur goederen werden aangeboden in Gorredijk dan was het de volgende dag op de plaats van bestemming. De wereld is steeds dynamischer geworden maar veel sneller( prijsverhoudingen meegenomen) dan toen gaat het anno 2010 niet in het goederenvervoer.

Filmpje van Steffen vd Werf